Wat na 1 september? De belangrijkste veranderingen in het erfrecht en de erfbelasting!

De wetgever heeft het voorbije jaar niet stilgezeten en met ingang van 1 september 2018 is het dan eindelijk zo ver en treden de wijzigingen binnen het erfrecht en de erfbelasting in werking. Onze vermogensplanners zetten de belangrijkste wijzigingen op een rijtje.

Erfrecht

De reserve, inbreng en inkorting

De reserve, namelijk het gedeelte waarop de erfgenamen minimaal recht hebben bij een overlijden, is gewijzigd: de globale reserve van de kinderen samen bedraagt nu 50% van de nalatenschap ongeacht het aantal kinderen. De erflater heeft dus, indien hij meer dan één kind heeft, een groter deel van zijn vermogen waarover hij vrij kan beschikken.

De ouders van een erflater hebben dan weer niet langer recht op 25% van de nalatenschap in het geval er geen kinderen zijn, maar zij kunnen wel een vordering tot onderhoud instellen met betrekking tot de nalatenschap.

Met het nieuwe erfrecht zal de waardering van de schenkingen met het oog op inkorting gebeuren op basis van de intrinsieke waarde van het geschonken goed op datum van de schenking en wordt deze geïndexeerd tot de dag van het overlijden.  Dit behalve bij schenkingen met voorbehoud van vruchtgebruik waar de waarde op datum van overlijden in acht moet genomen worden.

Deze inkorting gebeurt nu echter in waarde en niet langer in natura indien de reserve is aangetast. Zo kunnen reservataire erfgenamen hun reserve nog enkel in waarde opeisen, en niet langer de geschonken goederen, zoals de woning, zelf opeisen.

Tot slot zal ook de reserve van de langstlevende partner vanaf heden eerst aangerekend worden op het beschikbare deel en pas nadien op de reserve van de kinderen. De langstlevende partner kan ook geen erfrecht meer laten gelden op schenkingen door de erflater die dateren van vóór hun huwelijk.

Erfovereenkomsten

Het verbod op erfovereenkomsten wordt versoepeld, zo is het nu mogelijk om een globale erfovereenkomst af te sluiten tussen de erflater en al zijn erfgenamen of om een aantal wettelijk bepaalde punctuele erfovereenkomsten te sluiten. Lees zeker onze artikels hierover.

Wettelijk voortgezet vruchtgebruik

De langstlevende partner kan met de nieuwe wetgeving geen inbreng van giften meer eisen, wel beschikt hij of zij vanaf heden over een wettelijk voortgezet vruchtgebruik op de geschonken goederen indien zo opgeschreven door de erflater. Dit geldt slechts voor schenkingen die gebeurd zijn na 31 augustus 2018 en voor zover de erflater reeds de langstlevende partner was op het ogenblik van de schenking. Dit voortgezet vruchtgebruik zal belast worden met de erfbelasting.

Bekijk zeker ook onze aflevering op Kanaal Z omtrent het nieuwe erfrecht! Klik hier om de aflevering te bekijken!

 

Erfbelasting

Met de nieuwe wetgeving omtrent erfbelasting is er een voetvrijstelling voor de langstlevende echtgenoot of samenwonende partner op maximaal de eerste 50.000 EUR van de netto-verkrijging van roerende goederen. Concreet wil dit zeggen dat er op de eerste schijf van 50.000 EUR geen erfbelasting zal geheven worden. Dit betekent een besparing van 1.500 EUR.

De voetvrijstelling voor kinderen jonger dan 21 jaar die beide ouders verloren hebben, is een volledige vrijstelling op de verkrijging van de gezinswoning en een voetvrijstelling op maximaal de eerste 75.000 EUR van de netto-verkrijging van de roerende goederen.

Onder bepaalde voorwaarden zal er in geval van doorgeefschenking naar aanleiding van een erfenissprong (Een (doorgeef)schenking binnen één jaar na overlijden) een vrijstelling van schenkbelasting gelden die weliswaar nooit meer kan bedragen dan de betaalde erfbelasting.

De schijven en tarieven erfbelasting voor broers/zussen en voor derden zijn gewijzigd:

  • Voor bedragen van 0 tot 35.000 EUR is de erfbelasting voor broers/zussen 25% en voor anderen ook 25%
  • Voor bedragen van 35.000 EUR tot 75.000 EUR is de erfbelasting voor broers/zussen 30% en voor anderen 45%
  • Voor bedragen van meer dan 75.000 EUR is de erfbelasting voor broers/zussen 55% en voor anderen ook 55%

Waar het wettelijk voortgezette vruchtgebruik uitdrukkelijk onderworpen wordt aan erfbelasting, wordt een beding van terugval van het vruchtgebruik opgenomen in een schenkingsakte, uitgesloten van erfbelasting. Bij aanvaarding van dit beding van terugval door de langstlevende zal schenkbelasting worden geheven en geen erfbelasting.

Ook bij een conventioneel beding van aanwas van vruchtgebruik is er bij schenkingen van een gemeenschappelijk goed geen erfbelasting, noch schenkbelasting verschuldigd.

Ontdek zeker ook welke belangrijke veranderingen deze nieuwe wetgeving heeft op het huwelijksvermogensrecht

 

Voor meer informatie over het nieuwe erfrecht en de erfbelasting kan je steeds terecht bij onze vermogensplanners en juristen!

Laatste nieuws

Great Place To Work

VGD elected Great Place To Work 2019

Read more
Mobiliteitsbudget

Green light for the mobility budget!

Read more

Laatste nieuws

Lees onze laatste nieuwsberichten

More